Onze auto is gerepareerd en we kunnen hem vanmorgen ophalen bij de garage in Heerhugowaard. Ik stel vrouwlief voor dan gelijk ’n stukkie door te rije om eens te gaan kijken hoe Kolhorn er deze dagen bij ligt… Ze vindt het voorwaar een goed plan, de schat!
Rond tien uur op deze zonovergoten zaterdag in juni parkeren op bij het TOP: een Toeristisch Overstappunt (TOP) is een ‘natuurlijk knooppunt’, waar diverse fiets-, vaar-, skate- en wandelroutes beginnen. Ieder TOP is herkenbaar aan een informatiezuil met kaarten van de omgeving en informatie over de verschillende routes. Bij TOPs zijn vaak ook enkele zitplaatsen, een fietsenrek, gratis parkeerplaatsen en soms ook andere voorzieningen zoals bijv. horeca. TOP Kolhorn ligt aan de rand van het dorp, vlakbij Herberg ’t Anker.

Vanaf de parkeerplaats lopen we via een betonnen trap de voormalige zeedijk op waarachter het dorpje al eeuwen ligt verscholen: de Westfriese Omringdijk! Tot halverwege de 19de eeuw lag Kolhorn aan de Zuiderzee. Met de inpoldering en drooglegging van de Groet- en Waardpolders werd het water al op afstand gezet en toen de Wieringermeer in 1930 droogviel, lag Kolhorn ineens op 20 km van de zee. Korte tijd later werd de Afsluitdijk voltooid en werd de Zuiderzee wat nu op de kaart staat als IJsselmeer…
Overigens zijn in de Groet- en Waardpolders vondsten gedaan die wijzen op prehistorische bewoning, o.a. enkele restanten uit de Neolithische Enkel Graf Cultuur van 2500 jaar vóór Christus! Uit de 10de eeuw dateren de sporen van oude dijken die aantonen dat er al eerder pogingen waren gedaan om land te winnen – of op zijn minst het land te beschermen tegen de grillen van de Zuiderzee. Nadat de zee de diverse 10de-eeuwse dijken had doorbroken, werd de Waardpolder een belangrijke plek voor de grootschalige zoutwinning uit turf en later uit zeegras, vermoedelijk zo rond de 13de eeuw. In de 19de eeuw werd er bij Kolhorn meekrap gewonnen, een plant waarvan de wortels een bruine tot rode kleurstof bevat die werd gebruikt in de textielindustrie. Aan de Westfriesedijk vind je museum De Turfschuur waar de geschiedenis van Kolhorn uit de doeken wordt gedaan.

Het dorpje ontstond als kleine nederzetting bij een beschutte ligplaats aan de oevers van de woeste Zuiderzee, ergens eind 13de eeuw. Pas in 1518 werd het als dorp vernoemd, maar de inwoners van Kolhorn vierden het 600-jarig bestaan van hun dorp al in 2018 omdat de klok in de klokkenstoel dateert uit 1418, wat volgens hen bewijst dat Kolhorn ouder is dan de eerste vernoeming in een document… De kerk van het voormalige vissersdorp is gebouwd in de 17de eeuw en is gewijd aan de Heilige Laurentius.
We lopen een stukje over de dijk en gaan dan aan de andere kant naar beneden, het dorp in. Parallel met de dijk loopt een brede sloot waar we tegenaanlopen. Aan de overkant steken dak en toren van de Laurentiuskerk boven de warmrode pannendaken van de oude boerderijtjes en huisje uit. Kolhorn inlopen is een andere tijd inlopen, het is een soort paradijselijke ervaring. De huisjes zijn goed en met respect voor hun geschiedenis onderhouden, overal zien je uitbundig groen in mooie tuinen en tuintjes… We geraken aan de praat met een man wiens huis te koop staat: twee schattige huisjes die vroeger samen een boerderijtje vormden, daarachter een zgn. tas (hooiberg) die bij het huis is betrokken, een enorme achtertuin en aan de overkant van het pad nog een tuin aan het water. Alles pico bello in de verf en voor € 650 000 wordt het jouw eigendom. Het staat al een half jaar te koop, hij geraakt er niet vanaf. Als ik bedenk wat je in Alkmaar voor een rijtjeshuis betaalt, dan is dit echt een koopje. Helaas, zoveel geld hebben wij toch niet op onze bankrekening staan, vrees ik – en zo relatief afgelegen willen we niet wonen. Maar we vinden het allebei een droomplek!



We dwalen door het dorpje, nemen een kijkje bij de kerk en over de Westfriesedijk lopen we terug naar het TOP: tijd voor koffie met iets lekkers erbij!

We zijn hier ook naartoe gereden om een wandeling te maken langs de Kromme Gouw maar helaas is dit pad momenteel afgesloten, volgens de kaart van Wandelnetwerk Noord-Holland: broedseizoen? dijkschade? of anderszins? Die informatie vinden we niet. Dan maken we maar een ánder, korter rondje. De wandeling begint weer met het klinkerpad door het dorp: vanaf de Westfriesedijk lopen we over een brug naast De Turfschuur de sloot over, de dijk af. Het is geen straf om nu in tegenovergestelde richting door het dorp te lopen…



Via een andere brug steken we de sloot weer over en klimmen opnieuw tegen de Westfriesedijk op die we nu een tijdje volgen tot we bij de brug over het Kanaal Omval – Kolhorn komen, dat vanaf Alkmaar door het Westfriese land kronkelt om wat verderop te eindigen in het Kolhorner Diep. Bij de brug ligt de Braaksluis en aan de overkant staat gemaal De Waakzaamheid. Jammer dat er vrij veel verkeer over de dijk gaat, echt relaxt is dat niet lopen… Vanaf de dijk kijk je over het land richting Schagen.

We nemen een kijkje bij de sluis en klimmen dan met een trap naast de brug omhoog. Vanaf de andere kant komt een enorme kolonne vrachtwagens aanrijden, allemaal Scania’s, glimmend in de was gezet. Ik ken niets van vrachtwagens, maar ik vermoed dat dit de Nederlandse Scania-club is en dat hier camions tussen rijden met een respectabele leeftijd. Als de vrachtwagens voorbij zijn, kunnen we de weg oversteken en via een overstaphekje komen we op de grasdijk langs het Kanaal Omval – Kolhorn. De eerste 150 meter is er geen sprake van een pad en door heuphoog gras banen we ons een weg tot waar een paadje van links erbij komt. Vanaf hier wordt het een fijn graspad om over te lopen.






Binnen de kortste keren zijn we weer bij ’t Anker, waar we na de koffie vroegen om voor ons een beschaduwd tafeltje te reserveren om te lunchen. Ja, we pakken het er vandaag eens van, zomaar omdat we er zin in hebben en omdat het kan. Op een rustige plek tegen een muur staat een tafeltje in de schaduw met daarop een bordje “Gereserveerd”. We nemen plaats en bestellen een lunchplateau met een schaaltje friet. Vrouwlief gaat voor een groot glas water en ikzelf val als een blok voor een IPA van De Moersleutel – van de tap. Daarmee dwingt zo’n herberg bij mij gelijk respect af… en wat er even later op tafel wordt gezet, voldoet volkomen aan de gewekte verwachtingen.
