Elke dag, zo hebben we ons voorgenomen, gaan we er voor een uurtje of twee op uit, de natuur in. Aan het begin van de week bezochten we driemaal het Geestmerambacht. Van de ochtendwandeling vorige week zondag, bracht ik al een verslag uit. Ook maandag en dinsdag liepen we er een rondje. Hetzelfde rondje. Van deze wandelingen zie je hieronder enkele foto’s. Beide wandelingen maakten we aan het eind van de middag.
Maandag 23 maart 2020
De lucht is blauw en de zon schijnt fel, maar er staat een strakke noordooster die het niet bepaald aangenaam maakt om in een open gebied te vertoeven. Gelukkig biedt het Geestmerambacht genoeg plekjes met beschutting. En… we maken ons rondje met de klok mee, zodat we de langste open stukken de wind in de rug hebben. En dan is het goed te doen, sterker nog, uit de wind in de zon moeten de jassen open!
Vanaf de parkeerplaats lopen we even langs de Saskevaart tot bij de fietsbrug. In het water zwemmen wilde eenden en kuifeendjes. Het mannetje en het vrouwtje zijn bij beide soorten duidelijk van elkaar te onderscheiden. Hieronder een paartje kuifeenden.
Bij de fietsbrug takt ’t Lamslik af van de Saskevaart. Tot enkele jaren geleden vormde ’t Lamslik de verbinding tussen de Zomerdel (de grote plas) en de Saskevaart, die zelf een aftakking is van het Noordhollandsch Kanaal. Nu zorgt een dam ervoor dat de Zomerdel alleen gevoed wordt door grond- en hemelwater. Op de foto zie je de witte sluier van de sleedoornstruiken (prunus spinosa).
Omdat het koud is, stappen we flink door, zeker als we langs de Zomerdel lopen. Bij de uitkijkheuvel steken we door naar de Kleimeer. Hier heb je een mooi uitzicht op het unieke natuurgebied.
We wandelen nu op het pad langs de Kleimeer, die zelf niet toegankelijk is. Hoewel het gebied niet de beschermde status van ‘natuurreservaat’ heeft, schermt Staatsbosbeheer de Kleimeer goed af: het oude poldertje, dat 1,6 tot 1,8 meter onder NAP ligt, is helemaal omringd met een brede sloot. Het omringende land ligt een kleine meter hoger.

Tjiftjaf

Bloeiende Canadese populier
De zon begint al aardig te zakken als we langs het huis komen waar voorheen de opzichter woonde.
Terwijl de zon langzaam ter kimme daalt, kleurt het avondlicht het riet en de bomen rood… Op het pad is het windstil maar we horen de wind door de hoge kruinen van de populieren suizen. Het landschap straalt volkomen rust uit… Zalig!
Dinsdag 24 maart 2020
Weer stappen we rond half vijf uit de auto, op de parkeerplaats aan het einde van het Vlasgat. Weer lopen we langs de Saskevaart en ’t Lamslik. Het licht wordt gefilterd door hoge bewolking, waardoor het als een ijle sluier over het land ligt…
Weer lopen we langs de Zomerdel, wind in de rug maar toch de capuchon op want de noordoostenwind bijt. Weer steken we bij de uitkijkheuvel door naar de Kleimeer.
Weer lopen we op ons gemakje over het smalle paadje dat parallel loopt aan de Kleimeer. In het struweel zingen de meesjes, de tsjiftjafs, de roodborstjes en wellicht tal van andere kleine vogeltjes. Ik heb zelf geen verstand van vogels, maar ik ken mensen die puur op het geluid zouden kunnen zeggen welke gevederde vrienden hier allemaal thuis zijn!
We lopen nu langs een deel van de Kleimeer waar het riet deze winter grotendeels is gespaard als leefgebied voor de vogels die hier overwinteren. We zien vooral ganzen en eenden overtrekken en net als de zon begint te verkleuren, zien we het paartje kiekendieven cirkelen… De zon verdwijnt machtig oranje achter de bomen…