Het is donker, de motor zoemt zacht onder de motorkap. Aan de overkant van het kanaal raast het verkeer over de drukke N9 naar Den Helder. Aan onze kant is het rustig… Met een vaartje van 60 km/u zoeven we over het gladde asfalt en af en toe dreunen we over een verkeersdrempel.
Schoorldam. Het kanaal over, de brug over de N9, de rit gaat richting Schoorl en dan naar Groet. Voor ons auto’s, achter ons auto’s. Bijzonder want het is al na tienen en dan verwacht je dergelijke drukte niet meer. Bij Mereboer brandt licht maar in de Bokkensprong is het helemaal donker. We rijden de dorpskom uit, de weg wordt bochtig en is slecht verlicht. Voor ons auto’s, in de achteruitkijkspiegel zie ik ook al meerdere paren koplampen.
Een rotonde. De een na de andere auto draait linksaf, de duinweg op, het duister in. De koplampen achter ons volgen. Aan het donkere uitspansel staat een kwartmaan te schitteren naast talloze sterren. Het enorme parkeerterrein van Hargen is zeker voor een kwart gevuld… Wat is er aan de hand? Een feestje in het strandpaviljoen?
We lopen naar het strand. In het strandpaviljoen branden alle lichten maar het is er stil. Er komen doorlopend groepjes mensen van de andere kant, en wij zijn bepaald niet de enigen die het strand op lopen…
Langs de waterlijn donkere schimmen. Het strand is breed. Eb. Wat danst daar op het water? Dat is het maanlicht. Helder maanlicht op inktzwarte golven. Een feeëriek schouwspel maar daarvoor komen we niet!! Wij willen noorderlicht zien!! En al die andere mensen ook!!
Ik ben niet de enige die met fototoestel en statief sjouwt… Overal langs de waterlijn zie je lichtjes: schermen van digitale camera’s. Zacht maanlicht verdunt de duisternis. In de verte, ver weg op zee, ligt een schip. Onze ogen zijn gewend aan het donker en we onderscheiden het strand, de duinen, de mensen die langs de zee kuieren, warm ingepakt want het vriest.

“Wij gaan weer op huis aan,” vertrouwt een man mij toe. Met zijn gezelschap loopt hij weer terug, naar de lichtjes van het strandpaviljoen. Hij haalt zijn telefoon uit zijn zak. “Het wordt niets,” zegt hij. “Kijk, ik heb hier een app en die geeft aan dat de kans-index 4,3 is. Als je het noorderlicht kunt zien, moet ie boven de 6 staan… Het is ook al laat,” voegt hij eraan toe. Dat beaam ik. “Ik moet morgen werken, dus ik denk dat wij zo ook weer op huis aan gaan,” antwoord ik. “Ik heb morgen een snipperdag genomen,” zegt de man. Hij lacht. “En de rest van de week en van het jaar ook.” Een ontmoeting tussen de Homo Laborandus en de Homo Pensionadis.
Hand in hand lopen vrouwlief en ik nog een paar honderd meter verder. Toch bijzonder, zo’n maanovergoten, nachtelijke wandeling op het strand!

Als we terug bij de auto komen, is het parkeerterrein een stuk leger. Om middernacht doen we de voordeur open. Ik drink een glas melk en ga naar boven. Geen boek meer vanavond, morgen gaat de wekker om tien voor zeven!