Na een stralende start van de dag wolkt het dicht en blijft het lange tijd bewolkt. Door het raam van mijn werkkamer zie ik de wind langzaam maar zeker toenemen. Het riet wiegt heen weer, steeds woester, steeds dieper buigend. En dan is daar opeens weer de zon. Ik wil een ommerdepommetje maken in het Geestmerambacht.
De parkeerplaats is leeg! Dat gebeurt niet vaak. Sporters en hondenuitlaters kiezen wellicht voor een bestemming dichter bij huis? Wolken en zon wisselen elkaar in een rap tempo af. Het is alsof het licht de hele tijd aan en uit gaat. En als het aan gaat, knipt mijn camera. Ik probeer de wind vast te leggen die de bomen geselt en het riet diep doet buigen… Maar zoiets in een stilstaand beeld vangen, is best lastig, merk ik als ik later op de avond de foto’s bekijk.
Het paadje langs de Kleimeer is haast onzichtbaar geworden. Het gras staat zeker een meter hoog en op sommige plekken geldt hetzelfde voor de brandnetels. Met blote benen is het voorzichtig laveren… maar het lukt, slechts op een enkel plekje voel ik nu enige tinteling. Ik geniet, de wind speelt in mijn haren, het is vrij lang geleden dat de wind dat kon en dat ik deze sensatie had!
Bij het huis steek ik door naar de Zomerdel. Ook daar is weinig beweging, ik bedoel: haast geen volk op de been… Ik klim de heuvel op en geniet van het uitzicht op het grote meer aan de ene kant en het Lamslik aan de andere. Ik volg een pad door het bos dat uitkomt bij het grote gemaal op de Saskevaart. Langs het water loop ik terug naar de auto. Een kort rondje, amper drie kilometer maar perfect om het hoofd leeg te maken na een dag staren op een computerscherm.












Het pad buigt af naar de voetbrug over de oude sluis die de Saskevaart afscheidde van het Lamslik… Dit is ook zo’n punt waar we bijna elke keer een foto maken. Altijd mooi. Vanaf het bruggetje naar de auto is nog twee minuten kuieren… Het loopt tegen zessen, tijd om naar huis te gaan want ik moet soep maken!