Dinsdag 29 december. Ik heb nog een NS keuzedag en die neem ik op om een wandeling te gaan maken in een van onze zuidelijke provincies: Noord-Brabant. Na een vlotte treinreis sta ik keurig om 11.09 uur op het perron van station Boxtel. Aan de ene kant van de spoorlijn ligt het dorp, aan de andere kant een groot bedrijventerrein: de onvermijdelijke ‘schimmel’ die elk zichzelf respecterend dorp of stadje laat woekeren ten behoeve van de welvaart. Ik vraag me – voor de zoveelste keer – af waarom ze die afzichtelijke bedrijfsgebouwen niet afschermen van de rest van de wereld met een brede groensingel… Zo hoeven wij er niet tegenaan te kijken en kunnen de mensen die er werken tussen de middag een rondje lopen in het groen… Win-win zeg ik!

De sjaal strak om mijn hals, de jas dicht geritst, de pet op… daar ga ik. De eerste 750 meter gaat de route geklemd tussen de spoorlijn en het bedrijventerrein, maar daar wordt in de routebeschrijving van deze Groene Wissel (nr. 126) begrip voor gevraagd: “Dus maar even de kiezen op mekaar en lekker doorstappen!” En dat doe ik. Na tien minuten lopen steek ik het Smalwater over. Er zit nat in de lucht… Nog even een klein nieuwbouwwijkje door en dan wordt het mooi. De route loopt een even langs het Smalwater en steekt dan via een kort stukje asfalt door naar het prachtig kronkelende riviertje de Kleine Aa. Het nat in de lucht wordt heuse regen en ik haal de paraplu uit de rugzak…




Er is de afgelopen tijd door de weergoden heel wat hemelwater ter aarde geworpen en dat zie je aan het riviertje dat buiten haar oevers is getreden – en dat merk je aan het land en het pad, resp. zompig en modderig. Ik volg de Aa, klein van naam maar groot in schoonheid, gedurende ongeveer anderhalve kilometer. Jammer dat het zo regent en ik steeds opzie tegen de worsteling met de paraplu, anders had ik hier veel meer foto’s gemaakt…
Net voor de Kleine Aa onder de spoorlijn van Boxtel naar Tilburg duikt, gaat de Groene Wissel linksaf, een graspad op dat even verderop een asfaltweggetje kruist om vervolgens de bossen van de Kampina in te duiken… De paraplu kan ik uitschudden en opbergen, af en toe miezert het nog even maar uiteindelijk wordt het helemaal droog – en dat blijft het de rest van de wandeling (tot ik het station van Boxtel weer nader…). Het landschap verandert drastisch: boerenland wordt bos en even verderop heide. Het is vakantie én het is coronatijd, en dat maakt dat ik niet de enige ben die op stap is. Gelukkig is het, op een paar plekken na, nooit hinderlijk druk, maar er loopt toch wel zó veel volk rond dat, als je onbespied een plas tegen een boom wilt doen, het even duurt voor er zo’n moment is dat het kan…



Bij het Meeuwenven (foto hierboven) pauzeer ik kort. Ik eet een paar handvolletjes noten en als toetje enkele gedroogde abrikozen. Het is waterkoud, dus lang blijf ik niet hangen… Ik wandel nu de heide op, de route loopt over brede zandpaden tussen de Huisvennen door, een verzameling grotere en kleiner vennen in deze hoek van de Kampina. Het landschap is open, maar die openheid wordt prettig doorbroken door bomengroepen en kleine stukjes bos. Ik loop nu tussen de ochtend en de middag – en dat merk ik aan de drukte…




Het pad langs het Kogelvangersven is gedeeltelijk afgesloten: het landschap wordt er heringericht. Ik vraag me af wat hiermee wordt bedoeld, want wat valt er nou in zo’n heidelandschap her in te richten? Ik volg de omleiding en kom op een rolstoelpad terecht dat naar de Zandbergsvennen voert. Net voorbij de Van Tienhovenstenen loop ik een smal paadje in. De Van Tienhovenstenen zijn een klein monument ter ere van Piet van Tienhoven (1875-1953), die een halve eeuw aan het roer van Natuurmonumenten stond als penningmeester en voorzitter. Van Tienhoven bleef altijd in de schaduw van Jac. P. Thijsse staan. “Van Tienhoven was misschien nog wel belangrijker dan Thijsse. Hij heeft een ongekende hoeveelheid werk verzet. Niet alleen voor Natuurmonumenten, ook voor de internationale natuurbescherming en het behoud van cultuurhistorisch erfgoed.” Enfin, de goede man heeft hier zijn eigen monument gekregen op een plek met een prachtig uitzicht over de Zandbergsvennen.


Even verderop loop ik over een lang bospad naar de rand van de Kampina en via een klaphekje verlaat ik het gebied. Over rustige asfaltweggetjes en mooie zandwegen voert de Groene Wissel me naar het Smalwater. Een smal paadje loopt naast het riviertje en dat volg ik tot ik terug in Boxtel ben… Dan maar weer even de kiezen op mekaar en lekker doorstappen naar het station! Het begint opnieuw te miezeren…



Ik neem de trein van 15.22 uur naar ‘s-Hertogenbosch en kies voor een langere overstap zodat ik 1) tot Alkmaar niet meer hoef over te stappen en 2) bij banketbakker Jan de Groot (vlakbij station Den Bosch) nog een onvervalste Bossche bol kan inslaan die ik in de trein opsmikkel… Een kies die al eerder opspeelde, laat me weten deze zoete hap niet te kunnen waarderen en maakt me duidelijk dat ik met spoed een afspraak met de tandarts moet maken. Wat inmiddels is geschied, nog vóór de jaarwende zal ik in de tandartsstoel liggen: “Als ik u zo hoor, wordt het waarschijnlijk een wortelkanaalbehandeling, meneer.”
Het is een mooi gebied daar. Wij liepen een keer over de heide van Boxtel naar Oisterwijk. Je foto’s zijn ondanks de somberte toch sfeervol.