De keuken van de Herberg van Anderen is uitstekend te noemen. We genoten gisteravond van het lekkere eten en het bijpassende wijnarrangement! De eenvoudige kamer volstaat prima voor een goede nachtrust en na een voedzaam ontbijt trekken we de wandelschoenen aan voor een rondje naar en over het Ballooërveld, een uitgestrekt heidegebied ten noorden van Rolde. Vanuit Anderen lopen we over rustige asfaltweggetjes en fietspaden richting de heide.
Voor we het Ballooërveld bereiken, steken we de vallei van het Rolderdiep over. Het woord vallei is wellicht wat overdreven, maar zonder moeite zie je dat het landschap hier wat ‘ingezakt’ is. Op het laagste punt stroomt zachtjes het Rolderdiep… Wat is het Rolderdiep? Daarvoor moeten we een lesje lokale aardrijkskunde geven… over de Drentsche Aa!
De Drentsche Aa heeft talloze zijtakken en vele namen. Opvallend genoeg heet de beek alleen in Groningen de Drentsche Aa. In Drenthe zelf heet hij vanaf het punt waar het Anreeperdiep en het Amerdiep samenkomen achtereenvolgens: het Deurzerdiep, het Looner Diep, het Taarlosche Diep, het Oudemolensche Diep, het Schipborgsche Diep en het Westerdiep. Er is in Drenthe nog een zijtak van de beek die achtereenvolgens het Andersche Diep, het Rolderdiep en het Gasterensche Diep heet, voordat deze uitmondt in de hoofdstroom op de plaats waar het Taarlosche Diep overgaat in het Oudemolensche Diep. Kortom, het Rolderdiep is onderdeel van het bekencomplex van de Drentscha Aa. (bron: Wikipedia)
Iets verderop verlaten we het asfalt en gaat het richting de heide. Hier lopen we een stuk over het Pieterpad. Er staan paarden te grazen bij een cirkel van zwerfkeien waarin centraal een menhir prijkt.
Iets verderop lopen we via een poortje de heide op. Wat een uitgestrektheid. En geen horizonvervuiling – waar vind je dat in Nederland nog!? Alleen de kerktoren van Rolde steekt boven de bomen uit en dat mag. We dwalen op ons gemakje over het Ballooërveld… Hier en daar vertellen bordjes over de geschiedenis van het gebied. Zo liggen er talrijke grafheuvels op de heide die dateren uit de prehistorie. Vele zandwegen zijn middeleeuwse karrensporen. In de periode van 750 vóór Christus en tot het begin van onze jaartelling, lag er ook een akkercomplex dat bestond uit talloze vierkante en rechthoekige akkertjes die werden gescheiden door walletjes. Zo’n akkercomplex wordt een Celtic field genoemd. De walletjes zijn hier en daar nog vrij goed zichtbaar in het landschap (al onttrekt het hoge gras het merendeel aan ons niet-geoefende oog).
Na een uurtje rondzwerven belanden we op een prachtige zandweg die op de grens loopt van het Ballooërveld en de vallei van het Rolderdiep. We staan iets hoger en zien hoe nat de vallei is! Hier en daar staat een zilverreiger, en als we via een kade het gebied inlopen, vliegen er grote groepen ganzen op.
Het is tijd om afscheid te nemen. Broer en schoonzus lopen naar Rolde waar ze de bus naar Assen nemen. Vrouwlief en ik wandelen via de zelfde route als vanmorgen terug naar het hotel. De wandelschoenen worden verwisseld voor de stadse – we stappen in de auto, rijden naar huis. Zelfs in het noorden zijn de snelwegen druk, maar we bereiken gelukkig zonder oponthoud Alkmaar…
Mijn rug heeft zich dit weekend verrassend goed gehouden. Ik ben een glunderig mèensch.
Mooi gebied!