Jeudi

Volgens de weersvoorspellers kunnen we vandaag een grotendeels droge dag verwachten met wat ruimte voor de zon. En dat lijkt te kloppen als we de gordijnen open doen… Ennal ligt er zonnig en vredig bij… Voor het eerst deze vakantie ben ik ná zevenen wakker geworden, het is zelfs al kwart voor acht. Een half uur later nemen we de benenwagen om naar de bakker te gaan.

De wandeling begint met de klim door de Rue Claudlisse waarbij we dit prachtige huis passeren. Destijds brachten we jaarlijks de herfstvakantie door in Ennal, en droomden we ervan dit huis te kopen en zo ons eigen stekje te creëren in de Ardennen; toen het huis eenmaal te koop kwam te staan, was het verkocht voordat wij er lucht van kregen. En het is goed zo: je binden aan één plek brengt meteen een hoop verplichtingen met zich mee en maakt dat je minder geneigd bent om andere reisbestemmingen te kiezen. Prima dus dat het zo is gelopen. En het huis is nu als vakantiewoning te huur, voor acht personen. Wie weet huren we het in de toekomst eens en nodigen we de kinderen en kleinkinderen uit. (Amai, dat klinkt wel alsof ik heel oud aan ’t worden ben…)

Over de heuvelrug, hoog boven de Salmvallei, lopen we tot bij het kruis van Sainte Cathérine de Tigeonville en dalen vandaar af naar Grand-Halleux dat ook al ligt te blaken in de zon.

We vullen mijn rugzak met pistoleetjes, vers brood, een rabarbertaartje, pains au chocolat en een croissantje. Via de gebruikelijke route wandelen we terug naar Ennal waar we ons op het platje naast ons huis installeren: ontbijt buiten, in het zonnetje… dat is genieten!

Om half twaalf staan we klaar voor onze tweede wandeling: die wordt wel een stuk langer. In mijn rugzak zit een lunchpakket (een kwartpunt rabarbertaart), een fles water en een thermosfles granenkoffie. Deze keer lopen we het dorp uit via een straatje dat parallel loopt aan de hoofdstraat. Dat klinkt groots, maar dat valt wel mee. Beide straten hebben niet eens een naam, ze heten gewoon Ennal! We nemen de tijd om eens goed naar alle huizen te kijken… en moeten daarbij een paar venijnig blaffende en grommende hondjes van onze kuiten af houden.

Voor de tweede keer vandaag passeren we het Croix Sainte Cathérine de Tigeonville, maar nu lopen we rechtdoor en beginnen af te dalen naar de N68, genietend van de zon, de blauwe lucht en de overzeilende wolken, van de weilanden vol paardenbloemen en van het uitzicht op het dal van de Ruisseau de Tigeonville die onder de N68 doorstroomt en uitmondt in de Salm.

Waar we uitkomen op de N68, bevindt zich een klein monument ter ere van de burgers van Rochelinval die aan het begin van de Tweede Wereldoorlog zijn gesneuveld. Dit soort oorlogsmonumenten vind je overal in de Ardennen, klein en groot, de doden erend die gevallen zijn door het geweld tijdens dit niets ontziende conclict… Vooral aan het einde van de oorlog werd hier hard gevochten en vielen er nog veel doden te betreuren: deze fase van de strijd is de geschiedenisboeken ingegaan als De Slag om de Ardennen, ook wel Ardennenoffensief genoemd. Het was het laatste grote offensief van de Duitse Wehrmacht aan het westfront in de Tweede Wereldoorlog. De slag vond plaats in de Ardennen, van 16 december 1944 tot 25 januari 1945, en werd uiteindelijk gewonnen door de geallieerden.

We lopen 100 meter in de berm van de N68 en nemen dan de weg naar Spineux; weer een paar honderd meter verder houden we op een splitsing links aan en klimmen onverhard verder tot we het charmante gehucht bereiken. Bij alweer een oorlogsmonumentje (rechtsonder op de foto hierboven) komen we even bij van de klim; ik heb het zo warm gekregen dat het zweet in mijn oksels klotst… bij wijze van spreken, hé!

Ook voorbij Spineux klimmen we nog verder, eerst tussen de weilanden (met een mooi uitzicht op de Salmvallei onder ons) en dan door het bos. Ten slotte komen we weer tussen de weilanden te lopen en zien we voor ons de kerktoren van Wanne. De lucht is tijdelijk wat dreigender maar we houden het droog. Ons pad komt uit bij het Chateau de Wanne, we gaan rechtsaf en lopen meteen het dorp weer uit tot aan de bosrand waar we een klein bospaadje nemen dat ons brengt naar een plek waar we gisteren ook al waren: de Rocher du Faix du Diable. Tijd voor een (late) lunch!

Na de lunch scheiden onze wegen: dochterlief alias de jongere dame gaat met een flinke omweg terug naar Ennal; vrouwlief alias de oudere dame en ikzelf – jazeker, toch ook al een heer op zekere leeftijd – kiezen voor een kortere route naar Ennal. Daar hoop ik nog lekker buiten te kunnen zitten met een Chimayke en een boek…

We dalen af in de vallei van de Ruisseau du Ponceau en via de gué komen we uit bij het kapelletje. Daar zien we het huis van Mme. Thill al staan, en boven de heg steekt het dak van onze chalet… Aan die chalet zit trouwens ook nog een stukje geschiedenis vast: in de oorlog werd de door bommen beschadigde bakkerij van Grand-Halleux er in onder gebracht, na de oorlog vond het gezin Thill er een tijdelijk onderdak…

En voor wie wil weten hoe de wandelingen liepen: een kaartje. De blauwe wandeling is die naar de bakker, de roze is die naar Spineux en Wanne.

Dit bericht werd geplaatst in Vakantie, Wandelen. Bookmark de permalink .

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s