Voor mijn gevoel is het nog vroeg maar feitelijk ga ik op de gewone tijd de deur uit. Echter ik stap niet op de fiets naar school maar loop ik op mijn gemakje naar de bushalte. Er staat al een man. Het display geeft aan dat we nog vijf minuten geduld moeten. Er komt een jonge vrouw bij; letters op haar broek vertellen me dat ze bij Zeeman werkt.
Zo meteen komt de bus. In welke volgorde gaan we instappen? De andere man stond er eerst dus wat mij betreft is er geen twijfel dat hij als eerste instapt. Dan ben ik aan de beurt, echter ik ben opgevoed met de boodschap ladies first. Ik ben wel véél ouder dan die vrouw… Dus!?
De bus arriveert. Ik hoef me geen zorgen meer te maken, voor wij mannen het doorhebben, schiet de vrouw de bus in. Ik laat de man keurig voor. Dan stap ik in.
Hey, dit is zo’n nieuwe elektrische bus! De motor brengt hoge, luide zoemgeluiden voort. Best wel irritant. Ik verplaats me in de chauffeur. Het is een oudere man, grijs haar, grijze snor, van het type brombeer, wel aardig. Hij heeft vast voor dit vak gekozen vanwege de geur van diesel en uitlaatgassen, en het diepe, warme geluid van een dieselmotor. En nou moet hij de hele dag rijden met de herrie die zo’n elektrische motor maakt. Je zou voor minder een andere baan zoeken…
Daar is het station. Ik ga op een bankje in de wachtkamer zitten. Opeens breekt buiten de zondvloed los! Reizigers, verspreid staande op het lange perron, weten niet hoe snel ze onder de overkapping moeten komen! De regen striemt tegen de ruiten, de wind beukt tegen de gebouwen… Twee minuten later is het voorbij. Mijn trein heeft tien minuten vertraging.