De zon verschijnt weer achter donkerpaarse regenwolken, het asfalt weerspiegelt de bovenkant van de wereld… En ik stap, na een hartelijk afscheid van mijn vrienden, op de fiets om terug te rijden naar de straat waar ik meer dan 20 jaar heb gewoond en waar mijn oude moeder nog steeds haar domicilie heeft. (Nog een jaar, dan wordt de boel daar afgebroken…)
Over de Scheldedijk fiets ik, windje in de rug, naar Temse, waar ik onder de brug over de Schelde schuil voor het laatste buitje van die zondag…
Ik heb geen kaart bij me. In Nederland is dat geen probleem, want op elk fietsknooppunt staat een regiokaart en kun je zien hoe je verder moet. In Temse geraak ik echter het spoor bijster en het duurt even voor ik weer op de Scheldedijk (linkeroever nu) zit. Links van me zie ik luie, oude rivierarmen liggen, rechts stroomt de Schelde statig richting Antwerpen en de zee.
Steendorp, Rupelmonde, Bazel, Kruibeke, Burcht. Met de Schelde als gezel nader ik de Koekestad. Aan de overkant Hemiksem, Hoboken, industrie.
In Burcht tref ik waar ik al een tijdje naar uitkijk: een frituur. “Voor mij een loempia en een groot pak frieten met mayonaise a.u.b.” “Meenemen of hier eten?” “’t Zonneke schijnt, ik ga dat hier buiten opeten, zie.” “Allez, laat het u smaken!” “Dat zal wel lukken, merci!”
Met een welgevulde pens peddel ik de laatste kilometers naar huis. Aan de overkant verschijnen de torens van ’t stad.
Ik fiets de Lode Zielenslaan in. Het avondlicht valt zacht op de flats die volgend jaar worden afgebroken om plaats te maken voor comfortabeler maar veel kleinere appartementen… Dat is de vooruitgang, meneer. Ja salut, ‘k geloof er niks van!
Prachtig Rik, een rivier heeft toch altijd zoiets speciaals. Het zal je aan je hart gaan, om straks niet meer naar je vertrouwde ouderlijk huis te kunnen. Die akelige vooruitgang toch!
Mooie foto’s bij je fietstocht en leuk beschreven groetjes